De eigendom van Kurt Ver Eecke en Katrien Gobyn in de Motestraat in Roeselare is in een puinhoop herschapen. De huurder vernielde zowat alles wat hij in handen kreeg. Het koppel is radeloos en vraagt zich vertwijfeld af hoe het de schade ooit vergoed zal krijgen.

Kapotte ruiten, ingestampte deuren, vernielde elektrische toestellen, etensresten en uitwerpselen waarin vlooien huis houden, het hele huis vol rommel, … Zelfs de gootsteen en de parlofoon zijn brutaal uit de muur gerukt. Kortom: de eens zo fraaie appartementen van Katrien Gobyn en haar vriend Kurt Ver Eecke zijn in één grote puinhoop herschapen. Alsof er een gasexplosie plaatsvond. En de dader is gekend: de 23-jarige R.R., die het appartement op de eerste verdieping sinds oktober huurde.

‘Omdat wij aanvankelijk niet van plan waren om zelf in het huis te gaan wonen, zocht ik een huurder. En daarbij heb ik een kapitale fout begaan’, begint Katrien Gobyn het verhaal dat op een nachtmerrie uitdraaide.

‘Ik meende dat een verhuring aan iemand die OCMW-steun genoot degelijke garanties bood om tijdig mijn huurgeld te krijgen via het OCMW, en dus sloot ik een contract af met de jonge kerel. Hij woonde op de eerste verdieping, en na een tijdje betrokken mijn vriend en ik het appartement op de tweede verdieping. Maar de man haalde een vriendin in huis en toen is de miserie begonnen.’

Om de haverklap werden Katrien en Kurt door de huurder lastig gevallen. ‘Een wekkerradio hadden wij en de buren niet nodig. Van ’s ochtends vroeg stond zijn muziekinstallatie loeihard. En daar bleef het niet bij: er volgden vernielingen en scheldpartijen.’

Toen hij Katrien zelfs lijfelijk begon te bedreigen, kon ze het niet meer verdragen. ‘Ik leefde dag en nacht met de schrik op het lijf, en uiteindelijk zijn Kurt en ik elders onderdak gaan zoeken. Ik voelde mij niet meer veilig in mijn eigen huis. We wonen nu al enkele maanden in de woning van een vriend in Ingelmunster.’

Maar enkele dagen geleden kreeg Katrien opeens een telefoontje van buren, omdat er opnieuw heel zware vernielingen waren gebeurd aan haar eigendom in de Motestraat. ‘De ravage is niet te overzien’, zuchten Kurt en Katrien. ‘En dat allemaal nadat wij de voorbije maanden tot achttien keer de politie verwittigden. Die maakte telkens correct een proces-verbaal op, maar ondanks brieven aan het parket stonden we machteloos. Er werd niet ingegrepen. Bovendien wacht ik nog altijd op het huurgeld van de voorbije zes maanden.’

Volgens het koppel gaat ook het OCMW van Roeselare niet helemaal vrijuit. Zo zou er niets in huis zijn gekomen van de beloofde begeleiding van de huurder. Maar OCMW-voorzitter Geert Depondt (CD&V) neemt die kritiek niet.

‘Wij hebben Gobyn, die het vruchtgebruik heeft over de bewuste eigendom, vooraf duidelijk gewaarschuwd voor de huurder met wie ze in zee wilde gaan en die van een leefloon leefde. Toch sloot zijzelf, én niet het OCMW, een huurcontract met de man af. Het OCMW is geen rechtstreeks betrokken partij en kan dus ook niet tussenkomen in de aangerichte schade. Het is dan ook niet netjes om het OCMW met de vinger te wijzen’, zegt Depondt.

R.R. was overigens niet aan zijn proefstuk toe. Voor hij zijn intrek nam in de Motestraat huurde hij een tijdje een studio in de Hoogleedsesteenweg in Roeselare. Toen hij ook daar vernielingen aanrichtte, moest de Izegemse eigenaar de man via de vrederechter uit zijn eigendom laten zetten.

Om de veiligheid van buren en voorbijgangers te garanderen, brachten de stadsdiensten en de politie nadarafsluitingen aan voor het pand in de Motestraat. Vandaag hebben de eigenaars een gesprek met de Roeselaarse burgemeester. ‘Maar veel kunnen wij wellicht niet doen. Het gaat immers om een privéaangelegenheid’, besluit Luc Martens (CD&V).

Bron: Het Nieuwsblad