Heb je als verhuurder van een handelspand het recht om een aanvraag tot huurhernieuwing te weigeren?

Een handelshuurovereenkomst moet afgesloten worden voor negen jaar of langer. Wanneer die overeenkomst bijna ten einde loopt, kan de huurder een aanvraag doen bij de verhuurder tot huurhernieuwing. De verhuurder kan dan om redenen die de Handelshuurwet opsomt de huurhernieuwing weigeren.

In deze zaak had de verhuurder in zijn antwoord op het verzoek van de huurder tot huurhernieuwing meerdere redenen aangehaald om de huurhernieuwing te weigeren: 1) om het goed wegens ouderdom weder op te bouwen, 2) om er zelf handel te drijven, 3) zonder omstandige reden. Belangrijk daarbij is dat de verhuurder in het eerste geval geen uitzettingsvergoeding verschuldigd zou zijn, in het tweede geval een vergoeding gelijk aan twee jaar huur indien hij er een soortgelijke handel gaat uitbaten, en in het derde geval een vergoeding gelijk aan drie jaar huur.

De huurder baatte in het gehuurde pand een café uit. Na de weigering tot huurhernieuwing voerde de verhuurder renovatiewerken uit en begon hij er een bistro. Hij betaalde de huurder geen uitzettingsvergoeding.

De rechter was van mening dat aan de eerste reden, namelijk om het pand weder op te bouwen, niet was voldaan. Het goed was immers niet ‘weder opgebouwd’ maar slechts gerenoveerd.

Over de tweede reden voor de huurhernieuwing argumenteerde de verhuurder dat de handel die hij nu uitbaatte (bistro) niet als een soortgelijke handel kon worden beschouwd als de handel die de huurder er voorheen hield (café). De rechter oordeelde evenwel dat de benaming er niet toe deed, maar dat de effectieve handel zodanige gelijkenissen vertoonde dat er sprake is van een soortgelijke handel. Het criterium daarbij is of de verhuurder die de huurhernieuwing heeft geweigerd, een voordeel put uit het cliënteel dat de huurder voorheen heeft opgebouwd. Aangezien het volgens de rechter om een soortgelijke handel ging, was de verhuurder dan ook een uitzettingsvergoeding gelijk aan twee jaar huur verschuldigd aan de huurder.

Conclusie: De verhuurder heeft het recht om een aanvraag tot huurhernieuwing te weigeren, maar hij moet dan wel voldoen aan de voorwaarden opgesomd in de Handelshuurwet indien hij geen of een lagere uitzettingsvergoeding wil betalen. Roept hij meerdere redenen in om de huurhernieuwing te weigeren, dan zal de rechter die volgens de opgegeven rangorde beoordelen.

De huurder doet er goed aan om na te gaan of de verhuurder de opgegeven redenen wel effectief realiseert. Is dat niet het geval, dan kan hij immers aanspraak maken op een vergoeding wegens uitzetting.

www.livios.be
www.dehaese.be

Bron: De Standaard